Systeembeheerder II
Terug naar overzichtDe systeembeheerder II komt voor in middelgrote tot grote ondernemingen en is verantwoordelijk voor het technisch beheer van de infrastructuur die over het algemeen bestaat uit (de)centrale hardware (servers, desktops, laptops, printers etc.), netwerken-/clouoplossingen, besturings- en communicatiesystemen, databases, randapparatuur e.d. De systeembeheerder II richt zich op het operationeel beheer (het in de lucht houden van) de bestaande infrastructuur (hardware en software) en verzorgt de 1e lijns ondersteuning aan de gebruikers. Functiehouder heeft een vakinhoudelijke leidinggevende.
Toegevoegde waarde |
Resultaatindicatoren |
---|---|
Operationele performance infrastructuur De ICT-infrastructuur functioneert op een dusdanig niveau dat de interne processen die gebruik maken van deze infrastructuur en externe toegang ongestoord kunnen plaatsvinden. |
|
Input voor optimalisatie infrastructuur Op basis van gesignaleerde ontwikkelingen, dreigende problemen en/of (structurele) knelpunten zijn voorstellen gedaan t.b.v. wijzigingen in (het beheer van) de ICT-infrastructuur, om de operationele performance nu en in de toekomst te garanderen. |
|
Implementatie wijzigingen infrastructuur Wijzigingen in de ICT-infrastructuur zijn volgens vastgesteld plan geïmplementeerd, getest en in werking gesteld, waarbij consequenties voor beheer en gebruikers effectief zijn gecommuniceerd. |
|
Afhandeling incidenten en problemen Optimalisaties van de infrastructuur, procedures e.d. zijn gesignaleerd, verwerkt in een voorstel en, indien goedgekeurd, getest en geïmplementeerd. Er is geparticipeerd in projectgroepen gericht op proces van het doorvoeren van optimalisaties. |
|
Documentatie Systeemdocumentatie is adequaat bijgehouden en beschikbaar. |
|
Bezwarende omstandigheden
- Inspannende houding en eenzijdige belasting van oog- en rugspieren bij het werken met een computer/laptop of geautomatiseerd systeem.
Competentieprofiel
Analytisch:
- staat objectief en nuchter tegenover allerlei zaken;
- heeft een scherp oordeelsvermogen;
- onderscheidt hoofd- en bijzaken in aangereikte informatie;
- redeneert logisch en consistent.
Communiceren:
- formuleert helder zodat de ander het begrijpt;
- luistert goed en reageert op wat de ander zegt;
- vraagt door als dat nodig is.
Oplossingsgericht:
- richt zich niet op problemen, maar op oplossingen;
- is pragmatisch, kiest voor praktische en snelle oplossingen;
- blijft niet lang dralen in het analyseren van het probleem.
Stressbestendig:
- blijft onder moeilijke omstandigheden of hoge werkdruk kalm/rustig;
- herstelt snel na tegenslag of teleurstelling;
- blijft ook onder druk doelgericht werken.
Zelfstandig:
- heeft nauwelijks begeleiding nodig, weet wat hij wanneer en hoe moet doen;
- lost de voorkomende dagelijkse problemen zelf op;
- pakt zelf nieuwe werkzaamheden op.
Niveau-onderscheidende kenmerken
Functiegroep |
7 |
8 (referentie) |
9 |
---|---|---|---|
Systeembeheerder I |
Systeembeheerder II |
Systeembeheerder III |
|
Context |
|
|
Aanvullend:
|
Complexiteit |
|
Aanvullend:
|
Aanvullend:
|
Aard/inhoud bijdragen optimalisaties en vernieuwing |
|
|
|
Kennis en ervaring |
|
|
|
Downloads
Om je eigen bedrijfsfunctie op te stellen, kun je het functiedocument downloaden als Microsoft Word- of Pdf-bestand. Het functiedocument omvat een omschrijving van de referentiefunctie en de niveau-onderscheidende kenmerken. In de Word-bestanden kun je de functie herschrijven zodat deze passend is voor je eigen organisatie.