Magazijnmedewerker II

Magazijnmedewerker II

Terug naar overzicht

De magazijnmedewerker II is verantwoordelijk voor de inslag, opslag, orderverzameling en uitgifte van goederen (verpakte etenswaren, dranken, disposables, hulpgoederen, mobiele apparatuur) met gebruikmaking van diverse hulpmiddelen (o.m. barcodescanners, heftruck). Hij/zij registreert en administreert de goederenstromen en draagt zorg voor eerstelijns onderhoud aan de directe werkomgeving en hulpmiddelen. Functiehouder heeft een vakinhoudelijk leidinggevende.

Toegevoegde waarde

Resultaatindicatoren

Inslag en opslag

Binnenkomende goederen zijn conform instructies en a.d.h.v. beschikbare documenten gecontroleerd (fysiek en administratief), opgeslagen en/of direct klaargezet voor transport, waarbij onvolkomenheden zijn geconstateerd en vastgelegd.

  • (niet-)opgemerkte manco’s;
  • juiste opslag/verwerking (locatie, condities e.d.);
  • aantal schadegevallen;
  • volgens voorschriften veiligheid, arbo.

Verzameling en uitgifte

Conform opdracht (zoals picklist, laadplan) zijn artikelen verzameld, ingepakt en klaargezet voor transport.

  • juistheid, volledigheid verzameling;
  • juiste locatie, volgorde klaarzetten;
  • tijdige beschikbaarheid voor transport.

Magazijnbeheer

Door het uitvoeren van diverse ondersteunende werkzaamheden (o.a. periodieke voorraadtellingen, verplaatsen producten, eenduidige reparatie) is bijgedragen aan een effectief magazijn- en materiaalbeheer.  

  • conform procedures, processen;
  • effectieve benutting magazijnruimte;
  • terugvindbaarheid artikelen;
  • orde en netheid magazijn.

Administratie en registratie

Relevante gegevens zijn geregistreerd in het systeem, waarbij afwijkingen en bijzonderheden zijn benoemd, zodat er inzicht is in de (actuele) staat van artikelen.  

  • juiste, volledige administratie en registraties;
  • correcte, tijdige verwerking.

Bezwarende omstandigheden

  • krachtsinspanning bij het tillen en verplaatsen van kratten, dozen, vaten e.d.; duwen van transportwagens.
  • lopend en staand werk, deels in een gedwongen houding.
  • hinder van tocht en temperatuurverschillen (in bepaalde jaargetijden) bij het aannemen van goederen bij geopende buitendeuren.
  • kans op letsel aan ledematen door stoten of beknelling.

Competentieprofiel

Inzet tonen:

  • is bereid om alles aan te pakken;
  • is niet tevreden met een gemiddelde prestatie;
  • stopt pas als het werk klaar is;
  • neemt verantwoordelijkheid voor het eigen werk.

Oog voor detail / Nauwgezet:

  • is grondig, controleert de eigen werkzaamheden;
  • is ordelijk en werkt overzichtelijk, ook bij overdracht van werkzaamheden;
  • werkt volgens vaste procedures, voert de nodige controles uit.

Zelfstandig:

  • heeft nauwelijks begeleiding nodig, weet wat hij wanneer en hoe moet doen;
  • lost de voorkomende dagelijkse problemen zelf op;
  • pakt zelf nieuwe werkzaamheden op.

Niveau-onderscheidende kenmerken

Functiegroep

2

3 (referentie)

4

Magazijnmedewerker I

Magazijnmedewerker II

Magazijnmedewerker III

Aard van de werkzaamheden

  • kern ligt in het verplaatsen van goederen;
  • routinematige werkzaamheden op basis van vaste procedures;
  • administratieve controle (aansluiting op vrachtbrief) op inkomende en uitgaande goederen. 
  • kern ligt in de inslag, opslag, en/of uitgifte van het magazijn­assortiment (meubels, assemblagegoederen etc.);
  • administratieve controle op inkomende en uitgaande goederen;
  • er is sprake van een overzichtelijk magazijn, met vaste opslaglocaties;
  • heeft een specialistische (inhoudelijke) extra verantwoordelijkheid zoals: beheer/onderhoud van hulpmiddelen, voorraadadministratie e.d.
  • zorgt voor de totale fysieke goederenstroom;
  • administratieve controle op inkomende en uitgaande goederen;
  • magazijn is verdeeld over meerdere ruimten, verdeeld over het terrein/gebouw.

Vrijheidsgraden

  • krijgt taken/werkzaamheden volgtijdelijk (op basis van lijsten of systeemmelding) opge­dragen;
  • kan continu terugvallen op een meer ervaren (leidinggevende) magazijnmedewerker.
  • krijgt gerichte (werk)opdrachten;
  • kan terugvallen op een vakinhoudelijk leiding­gevende (op afstand).
  • heeft geen vakinhoudelijk leidinggevende;
  • stuurt het totaal vaktechnisch aan (inslag t/m uitgifte);
  • stelt prioriteiten, geeft aanwijzingen en volgt de planning.

Kwaliteit en optimalisatie

  • beperkt tot het melden van evidente onvol­komenheden in werkwijzen of procedures.
  • administratieve en visuele (kwaliteits)controle;
  • bereid transport voor op een zo efficiënt mogelijke belading, met oog voor de (te behouden) kwaliteit van goederen;
  • zelfstandig aanpassen (en administratief door­voeren) van opslaglocaties op basis van ervaring en omloopsnelheden.

Aanvullend:

  • richt zich op het optimaliseren van het logistieke proces (retour, opslag en uitgifte, maar ook het beheersysteem), signaleert verbeterpunten.

Kennis en ervaring

  • mbo 1-2 werk- en denkniveau;
  • kennis van procedures en werk­wijzen (incl. vei­ligheid en hygiëne);
  • basiskennis van het logistieke proces;
  • kunnen werken met technische syste­men (scanners, etc.)
  • mbo 2 werk- en denkniveau;
  • inzicht in procedures en methodieken betreffende inslag, opslag, orderverzameling en uitgifte;
  • kennis van gehanteerde systemen;
  • (technisch) inzicht in de werking van hulpmiddelen.
  • mbo 2-3 werk- en denkniveau;
  • kennis van het ERP-systeem voor het borgen van een juiste administratieve afhandeling van ontvangsten en uitgiften, maar ook het uitzoeken en herstellen van onvolkomenheden;
  • ervaring met de afhandeling van (dreigende) issues in het logistieke ontvangst- of uitgifteproces.

Downloads

Om je eigen bedrijfsfunctie op te stellen, kun je het functiedocument downloaden als Microsoft Word- of Pdf-bestand. Het functiedocument omvat een omschrijving van de referentiefunctie en de niveau-onderscheidende kenmerken. In de Word-bestanden kun je de functie herschrijven zodat deze passend is voor je eigen organisatie.